Foto: Orange Pictures
In voorbereiding op een wedstrijd kennen topatleten vaak een periode van overload. De trainingsbelasting is dusdanig hoog dat er geen volledig herstel optreedt tussen de trainingen. In de aanloop naar de wedstrijd wordt er vervolgens een periode van relatieve rust ingebouwd. In deze laatste dagen of weken is het de bedoeling dat de vermoeidheid verdwijnt en er supercompensatie ontstaat als gevolg van de zware trainingen. Deze periode wordt de taper genoemd. Er bestaan verschillende ideeën hoe de omvang, intensiteit en frequentie in de taper moeten worden aangepast. In een recente studie werd gekeken hoe Britse topatleten hun taper precies uitvoeren.
(Inter)nationaal niveau
Voor het onderzoek werd een vragenlijst ontwikkeld die atleten gedurende vijf maanden in dienden te vullen. Er werden vragen gesteld over wedstrijden, persoonlijke records en de trainingen. De trainingsgegevens werden gecontroleerd aan de hand van de GPS-data van gebruikte horloges. De 37 atleten waren allemaal van nationaal, internationaal of Olympisch niveau. Het betrof 21 mannen en 16 vrouwen met een gemiddelde leeftijd van 26±5 jaar.
Meer omvang is langere taper
Bij het analyseren van de resultaten werd onderscheid gemaakt tussen de taper (TT) en de reguliere training (RT). Atleten die zich voorbereidden op een marathon bleken een langere taper te kennen en een grotere afname in de trainingsomvang. De omvang, frequentie en snelheid tijdens de reguliere training bleek voorspellend te zijn voor de details van de taperperiode. Atleten die uitkomen op een evenement langer dan 1500m trainden in hun taper op een snelheid die hoger lag dan hun wedstrijdsnelheid. Atleten uitkomende op de 800 en 1500m trainden tot maximaal wedstrijdsnelheid. Onderstaande tabel laat zien hoe de taper door de atleten werd ingevuld.
Acht dagen taperen
De onderzoekers concluderen dat de invulling van de taper sterk afhankelijk is van zowel het evenement als de frequentie, duur en omvang van de reguliere trainingen. Wanneer een atleet tijdens zijn reguliere trainingen veel omvang maakt wordt er in de taper veel in omvang verminderd. Wanneer de trainingssnelheid dichter bij de wedstrijdsnelheid ligt, rapporteren atleten bovendien een langere taperperiode. Op basis van de gegevens kwamen de onderzoekers met een model om de taper vorm te geven. In onderstaande tabel staan de voorspellende modellen die de onderzoekers aan de hand van deze gegevens hebben opgesteld.
Een 1500m atleet die in zijn reguliere training 8 keer loopt met een totaal volume van 70 kilometer op 60% van de 1500m wedstrijdsnelheid zou in zijn taper 48 kilometer lopen (een vermindering van 31% in omvang) in 6 trainingen met een snelheid van 58% van de 1500m wedstrijdsnelheid. Bestaat zijn intervalsessie in de reguliere training uit totaal 10 kilometer op 90% van de 1500m wedstrijdsnelheid, dan zou deze tijdens de taper bestaan uit 5.3 km op 96% van de wedstrijdsnelheid. De taper zou in dit geval 8 dagen moeten duren.
Bron: Spiisbury KL et al 2014. Tapering strategies in elite British endurance runners. Eur J Sport Sci 22:56